Het Japanse Mitsubishi werkt samen met het Britse Shell om vanaf 2030 jaarlijks 400.000 ton groene waterstof te gaan produceren. De stroom die ze hiervoor nodig hebben komt van Europese offshore windmolenparken.
Energiebedrijf Eneco, dat onderdeel is van Mitsubishi, neemt een belang van 10% in een joint venture met onder andere Shell en het Noorse Equinor. In maart 2022 investeerde Eneco ook al in NorthH2, een consortium dat Nederland van groene waterstof wil voorzien.
NorthH2 heeft als doelstelling om in 2030 4 GW groene energie van offshore windmolens te gaan gebruiken voor de productie van groene waterstof. Eneco investeert zo veel in groene waterstof, omdat het een belangrijk onderdeel is van hun One Planet Plan. Dit is erop gericht is om zelf in 2035 klimaatneutraal te zijn. Eneco wil dan ook hun klanten klimaatneutraal van energie voorzien.
Enorme CO2 besparing
De 400.000 ton waterstof wordt geproduceerd met groene windenergie. Doordat dit groene waterstof is in plaats van grijze, betekent dat er een uitstoot van maar liefst 4 miljoen ton CO2 vermeden wordt. Bij de productie van waterstof met fossiele brandstoffen komt er namelijk per kilo waterstof 10 kilo CO2 vrij.
Ten opzichte van het rijden met een verbrandingsmotor met fossiele brandstoffen, betekent het rijden op groene waterstof ook een enorme CO2 reductie.
Een personenauto zoals de Toyota Mirai rijdt ruim 100 km per kilo waterstof. Er kan dus 40 miljard kilometer gereden worden op deze waterstof. Per kilometer stoot een ICE gemiddeld 100 gram CO2 per kilometer uit, dus wordt er 4 miljard kg CO2 bespaard.
Genoeg groene waterstof voor 3 miljoen auto’s
Een auto rijdt per jaar gemiddeld 13.000 km. Met de 400.000 ton waterstof die Mitsubishi en Shell jaarlijks gaan produceren, kun je dus 3,1 miljoen auto’s laten rijden. Dat is ruim een 1/3 van alle auto’s in Nederland.
