Het Duitse bedrijf Graforce heeft een technologie ontwikkeld waarmee efficiënt waterstof kan worden gewonnen uit mest. Er is bij deze plasmalyse de helft minder elektriciteit nodig om 1 kg waterstof te winnen in vergelijking met elektrolyse van water.
In een Plasmalyzer worden met een hoog spanningsveld (plasma) chemische verbindingen in de mest gesplitst in individuele atomen, die zich vervolgens ‘verknopen’ tot waterstof, stikstof, zuurstof en koolstof. Het enige restproduct is water.
Stikstofproblemen en klimaatproblemen opgelost?
De koolstof, zuurstof en stikstof kunnen gebruikt worden voor industriële toepassingen. Doordat de stikstof in dit proces wordt gescheiden, kan de emissie van stikstofoxide (NOx) en ammonia (NH4) uit mest worden gereduceerd. Dit kan een oplossing zijn voor het stikstofprobleem. En er is voorlopig genoeg mest om dit mee te doen.
De agragische sector produceert elk jaar 1,5 biljoen kubieke meter mest. Graforce zegt dat daar 724 miljoen ton groene waterstof te halen is. Dat is een besparing van 6,5 gigaton aan CO2-uitstoot, wat neerkomt op een reductie wereldwijd van 18 procent.
Plasmalyse is al in gebruik
Plasmalyse van mest kost 50 tot 60 procent minder energie dan het met elektrolyse omzetten van water in waterstof en zuurstof. Graforce wil in dit proces vooral zonne- en windenergie gebruiken, waardoor er groene waterstof geproduceerd wordt. Het bedrijf is sinds 2010 bezig met plasmalyse technologie. In hun Power2X fabriek in Berlijn wordt die al gebruikt voor het maken van waterstof uit afvalwater.
“Waterstof van uitwerpselen heeft geweldig veel energiepotentie”, stelt Graforce oprichter en managing director dr. Jens Hanke. “Met plasmalyse kunnen we van organische residuen enorme hoeveelheden groene waterstof maken. Als we die gebruiken als brandstof, verkrijgen we niet alleen grote hoeveelheden CO2-emissievrije energie, maar reduceren we ook enorme hoeveelheden CO2-uitstoot en leveren we een grote bijdrage aan klimaatbescherming.”
Reacties